'Toon lef en ga het doen!'

Maaike van Vliet MPM

Maaike van Vliet is eerstejaars student van de Master Passend Meesterschap. In dit blog deelt ze haar ervaringen met je over deze master en hoe de master je leert om anders te kijken naar jezelf en naar je klas.

Ik ben lerares bij basisschool de Wittenberg in Scherpenzeel, momenteel in de middenbouw. Mede doordat ik al een tijdje - 11 jaar- in het onderwijs werk, merkte ik dat ik toe was aan een nieuwe uitdaging. Alleen voor de klas staan, gaf me niet meer de voldoening die ik wilde. Om eerst te kijken of studeren echt weer wat voor me was, heb ik eerst een kleine opleiding gedaan voor leesspecialist. Dat beviel zo goed, het smaakte echt naar meer! Daarom ben ik verder gaan zoeken naar een studie die in deeltijd te doen was. Zo ben ik uitgekomen op de Master Passend Meesterschap (MPM).

De keuze voor deze opleiding

Wat bij mij enorm aantrok was de combinatie van theorie en praktijk. De zaken die je tijdens de studie leert, kun je direct toepassen. Dat maakt de opleiding voor mij heel sterk. Daarnaast is het een samenwerkingsverband tussen meerdere hogescholen die de master hebben samengesteld dus je hebt te maken met verschillende docenten. Ik volg de opleiding zelf in Utrecht.

Ik vind de MPM een mooie mix tussen zelfontwikkeling en het verrijken van je eigen praktijk. Het is echt heel praktijkgericht, met daarbij het masterniveau, dus je gaat onderliggende literatuur zoeken. Waarom handel ik zoals ik handel? Waarom doe ik wat ik doe en wat ik in de praktijk zie, welke literatuur vind ik daar dan bij? Dus wat je op school doet, kun je voor je master gebruiken en wat je tijdens de master leert, kun je op school inzetten. Het verdiept je onderwijs vooral dus ook heel erg. In een half jaar tijd heb ik al heel veel toe kunnen passen vanuit de opleiding.

Drie verschillende leerlijnen

De inhoud van de opleiding is erg breed. Ze hebben drie duidelijke leerlijnen staan. Een persoonlijke: waarin jij als professional aan de slag met jezelf gaat, in de spiegel kijkt. Ik heb dat zelf de afgelopen jaren al best veel gedaan, dus het voor is het erg mooi dat deze master nu eigenlijk een vervolg is in mijn persoonlijke ontwikkeling. Daarnaast is er de onderzoekslijn: je doet zowel literatuur- als praktijkonderzoek, die lijn staat heel sterk in de master. En er is een lijn die vanaf volgend jaar wat meer gaat komen: de externe oriëntatie. Binnen deze lijn richt je je op de maatschappij buiten het onderwijs. Het is mogelijk om hier een buitenland-ervaring aan te koppelen door middel van een reis.

Deze leerlijnen worden de dinsdagen op school ook behandeld. De verdeling is dan ook echt zichtbaar op de dinsdagen. Dus bijvoorbeeld de ene dinsdag een deel persoonlijke lijn en themalijn. De andere dinsdag de onderzoekslijn i.c.m. de themalijn. De ene keer is het een stuk theorie wat je krijgt, vanuit daar ga je bijvoorbeeld in groepjes aan de slag. Of je hebt thuis een opdracht moeten doen en die bespreek je met elkaar, je krijgt een casus voorgelegd waarmee je aan de slag gaat of je bereid je voor op een volgende praktijkopdracht die je moet gaan doen.

Aansluiting bij je eigen onderwijs

De opleiding bestaat uit vier verschillende semesters, waarbij alle lessen die je volgt allemaal in het teken staan van dat semester. Semester 1 was bijvoorbeeld heel kindgericht. Dus je had het over 1 leerling uit jouw klas waar je mee aan de slag ging. Daar ben je dan ook het hele semester tot januari mee bezig. Alle lessen die je volgt zijn dan een onderdeel van het hele semester. Je bent echt met dat ene kind uit de klas aan de slag gegaan. Alles bij elkaar zorgt ervoor dat je in de loop van de tijd anders bent gaan kijken, nieuwe informatie op hebt gedaan en jezelf hebt verrijkt.

Er staat zo’n 20 uur studietijd per week voor, waarbij de dinsdag meegerekend wordt als studiedag. De ene week is de studiedag op de Marnix, de andere week studeer ik thuis. Ik plan op vaste momenten mijn studie uren en houd ook echt bewust momenten vrij dat ik niet studeer en tijd vrij houd voor m’n hobbies. En dat werkt voor mij heel goed. Het is wel stevig aanpoten. Zeker in het begin was het echt even zoeken naar de verdeling van je tijd i.c.m. sociale contacten. Wat hou je nog aan en wat komt even op een lager pitje te staan.

Er is veel variatie in onze groep. Zowel qua achtergrond als qua leeftijd en ervaring. Veel mensen uit het po en een aantal vo. En qua leeftijd begin 20 tot half 50. Dus met 2-3 jaar werkervaring en zo’n 35 jaar werkervaring. Dat maakt het ontzettend leuk en heel divers. Het maakt dus niet uit voor deze master. Vanuit elke achtergrond en leeftijd kun je de master prima volgen, je bent nooit te oud om te studeren!

Anders kijken naar jezelf en naar je klas

De opleiding heeft me tot nu toe twee dingen echt gebracht: anders kijken naar jezelf en anders kijken naar je mogelijkheden en kwaliteiten. Dat laatste wordt vooral heel erg door de opleiding gestimuleerd. Dus echt vanuit de positieve psychologie. Zo ga je ook echt weer vanuit je eigen kwaliteiten handelen: wie ben ik als professional, welke kwaliteiten heb ik en hoe ga ik die inzetten in mijn onderwijs. Dat is een bril die je vanuit de pabo niet meteen mee krijgt. Daar word je vooral vaardig gemaakt met het staan voor de klas en dat is logisch. Dit geeft je echt handvatten in wie je bent, welke kwaliteiten en valkuilen je hebt en zeker ook: hoe ga ik van daaruit als professional handelen. Hoe werk ik met leerlingen, hoe ga ik gesprekken met ouders en collega’s aan. Het maakt je als professional echt sterker. Het verdiept je eigen ik en verrijkt je enorm!

Het tweede aspect is dat je ook echt anders gaat kijken naar je klas, je kinderen, het onderwijs. Iets wat momenteel best speelt in onderwijsland is inclusief onderwijs. Waarin allerlei type kinderen wel binnen het reguliere onderwijs blijven. Nu wordt er soms vrij makkelijk gezegd: we verwijzen naar het speciaal basisonderwijs. Soms moet dat ook, maar door deze opleiding ben ik wel veel meer de nuance gaan zien. Is het wel echt nodig, hebben wij op school alles uit de kast gehaald om er wel voor deze leerling te zijn? Daarin heeft deze master mij heel erg geprikkeld. Anders kijken naar leerlingen. Bij de leerlingen kijk ik nu veel meer naar: welke mogelijkheden heb je, welke kwaliteiten heb je, hoe kan ik je wél bereiken, wat heb jij van mij nodig?

Kwaliteit docenten

Ik merk dat de docenten de opleiding met elkaar hebben ontwikkeld. Ze weten echt waar ze het over hebben. Degene die ons bijvoorbeeld lesgeven over onderzoek doen, dat zijn ook docenten die zelf onderzoek doen. De docenten die lesgeven in de persoonlijke lijn - dus wie ben je als professional -  die zijn ook echt getraind in coachingsgesprekken voeren, dat merk je echt. Ze hebben de vaardigheden om je aan het denken te zetten. Degene die de themalijn doen - dus vooral naar de praktijk toe - dat zijn degenen die ook echt de ontwikkelingspsychologie kennen. En vanuit hun theorie jou weer verder kunnen brengen in hoe je nu in de praktijk aan de slag kunt gaan. Ze hebben dus echt de juiste docent op de juiste plek gezet, waardoor je onderwijs op niveau krijgt.

Ik zou de opleiding zeker aanraden, maar ik denk wel dat het afhangt met welke intentie wil je dit gaan doen. Ik had zelf enorm de behoefte om meer te weten over mijn praktijk. Meer handvatten te krijgen. Deze master sluit daar dus perfect bij aan. Als je klaar bent, ben je een professional die zelfstandig weet hoe je onderzoek moet doen. En als je op die manier je onderwijs wil verrijken: ja doen deze master! Het verrijkt je echt, het brengt je echt verder!

Toon lef en ga het doen!

Heb je interesse in deze master? Kijk op de site van de Master Passend Meesterschap voor alle info. Haak gerust aan bij onze volgende (online) voorlichting. We vertellen je graag meer over de master en ook kun je al je vragen stellen. Je kunt je op de site aanmelden.