Master Passend Meesterschap "een flinke uitdaging"

Marian Sluijter

Marian Sluijter is een van onze studenten van de Master Passend Meesterschap. Zij is vorig jaar met de opleiding begonnen, nu tweedejaars. Dit jaar studeert ze af. In dit blog vertelt ze hoe zij de Master Passend Meesterschap (MPM) ervaart.

Toe aan een opleiding

Ik werk nu 20 jaar in het onderwijs, waarvan de laatste 5 jaar op basisschool de Provenier in Rotterdam, in de bovenbouw. Twee jaar geleden merkte ik dat ik toe was aan een opleiding.  Ik heb best wat rondgekeken en goed nagedacht, wat past nu bij me en wat wil ik precies. Ik zag een verschuiving naar inclusiviteit op scholen, steeds meer leerlingen die langer op school blijven voordat ze verwezen worden naar speciaal onderwijs. Je krijgt dus zo een diversiteit aan zowel leercapaciteiten als gedragsverandering. Dus hoe ga je hier nu mee om? Dat vond ik een hele interessante vraag. En zo kwam ik op de MPM uit.

De opleiding is enorm praktijkgericht. Je krijgt college maar tegelijkertijd ga je in de praktijk direct aan de slag. Het jaar is ingedeeld in verschillende semesters en verschillende onderzoekslijnen. Een persoonlijke lijn, een onderzoekslijn en een themalijn. Per semester werk je weer aan andere onderdelen. Binnen de lijnen heb je enorm veel vrijheid om zelf een onderwerp te kiezen waar je aan wil werken.

Ik heb bijvoorbeeld aan de onderwerpen faalangst en hoogbegaafde leerlingen gewerkt. En me daar helemaal in verdiept. Onderzoek naar gedaan en in de praktijk op school uitgevoerd. Je begint klein bij bijvoorbeeld een leerling, daarna ga je klas breed werken en vervolgens is het de bedoeling om het breed in de school te integreren. Je bouwt het dus echt helemaal op.

Bij de persoonlijke lijn werk je echt aan jezelf als professional. Je gaat jezelf heel erg uitdiepen en je krijgt een heel goed beeld van jezelf. Het is een soort mini-psychologiecursus van jezelf: hoe je handelt, wat je valkuilen en kwaliteiten zijn. Verder is er nog een andere lijn, de externe oriëntatie. Die kun je invullen naar eigen inzicht. Bijvoorbeeld een masterclass van iemand die uit het  buitenland hier naar toe komt, het bezoeken van een vluchtelingenschool of naar het buitenland gaan. Ik ben met twee medestudenten naar Scandinavië gegaan, naar Zweden, Finland en Estland. Het was heel gaaf om scholen in andere landen te bezichtigen en dingen vanuit een ander perspectief te zien. Zo realiseer je je ook wel weer dat we best goed bezig zijn in Nederland. Zo’n externe oriëntatie verbreedt je horizon enorm.

Veel ‘hobbels’ weggenomen

In de opleiding hebben wij als destijds eerstejaars veel ‘hobbels’ voor de nieuwere lichting studenten weggenomen. We hebben heel erg met studenten en docenten gekeken: hoe gaat het nu en wat kan er beter. Dus we hebben meegewerkt aan het veranderproces van de opleiding, voor de tweede lichting studenten. Het was erg leuk om daaraan mee te werken. Dat je je daar dus ook in verdiept en dat dit kan helpen om de opleiding te verbeteren. Vanuit de Marnix Academie kregen we daar alle ruimte voor, dus dat maakte het enorm uitdagend.

Verschillende studenten - verschillende achtergronden

Wat het voor mij erg leuk maakt is dat je les hebt met studenten van allerlei verschillende achtergronden, scholen, leeftijden en werkervaring. Ik geef bijvoorbeeld les op een binnenstadschool, maar je hebt ook plattelandsscholen. Hoe werken ze daar? En als je het hebt over diversiteit, dan is het juist leuk om al die verschillende perspectieven mee te nemen en van elkaar te leren. Soms sta ik echt te klapperen met m’n oren en denk ik: ‘gaat dat daar écht zo?’ maar juist dat maakt het zo leuk! Ook is er veel verschil in leeftijd en ervaring. Ik sta bijvoorbeeld al heel lang voor de klas dus daar zit mijn ervaring, maar ik kan weer veel leren van iemand die net van de pabo af is. Zij zijn veel verder op digitaal gebied en vanuit de pabo al gewend om onderzoek te doen. Dat was in mijn tijd nog niet het geval. Je leert dus om onderling ideeën uit te wisselen en feedback op elkaar te geven. Je presenteert ook regelmatig, je doet onderzoek met elkaar, je leert dus echt samenwerken met elkaar. Die diversiteit en variatie in de groep maakt het ontzettend leuk en leerzaam!

Indeling werk-privé

De indeling werk-privé is best een uitdaging, moet ik zeggen. Ik werk parttime en daar ben ik blij om. Er is een dag per week gereserveerd voor de studie, maar die ene dag ben je soms ook op school als studiedag. Dus moet je je studie op een ander moment die week inplannen. Ik heb dus voldoende tijd om te studeren, maar met een fulltime baan - er staat zo’n 20 uur per week voor de
studie - is het echt goed plannen. 

Omdat de opleiding nieuw was, kon ik aan niemand vragen hoe de opleiding écht was, maar het is zeker wat ik ervan had verwacht. Ik moet wel toegeven dat ik het best een pittig niveau vindt qua onderzoek doen, veel literatuur en hoge kwaliteitseisen, maar uiteindelijk is dat alleen maar goed. Het is echt een masterniveau! Ik ben nu wat aan het rondkijken naar een nieuwe studie/cursus, maar je hebt eigenlijk al zoveel geleerd dat je nu heel kritisch gaat kijken naar andere studiemogelijkheden, omdat de lat al best hoog ligt. Je wordt dus flink uitgedaagd!

Hoge kwaliteit docenten - ook nu in deze tijd

Ik heb positieve ervaringen als het gaat om de kwaliteit van de docenten. Zeker nu in deze tijden, moeten we veel online doen en afstemmen. Er is alle ruimte om feedback vanuit de docenten te krijgen. Ze hebben een soort van strippenkaart in het leven geroepen - ik weet niet of je het zo moet noemen - maar het is in elk geval iets zodat je de tijd krijgt om in de vorm van een soort coach gesprek over je studie te sparren. Dat is heel waardevol!

Zeker een meerwaarde!

Als ik kijk naar wat de opleiding me heeft gebracht denk ik dat ik nu veel meer dingen kan onderbouwen in plaats van dat ik het eerder uit gevoel deed. Dus wat ik nu doe, kan ik wetenschappelijk onderbouwen waarom bepaalde dingen goed werken. Daarnaast ben ik ook veel kritischer geworden waarmee we als school bezig zijn als team: waarom doen we wat we doen op deze manier en voor wie is dit nu eigenlijk goed? Doen we dit nu voor onszelf of voor de kinderen?

De meerwaarde voor mij is dat ik vind dat ik een betere leerkracht ben geworden. Doordat je zowel de diepte in gaat, als je zelf uitdiept. Dus je verdiept jezelf als professional. Daardoor ben ik veel zelfverzekerder geworden. Daarnaast leer je om een soort helicopterview te nemen over de organisatie. Je manoeuvreert je een beetje tussen de leerkrachten en de directie in. Door de hoge kwaliteit leer je ontzettend veel! Wat mij betreft is deze opleiding écht een aanrader!

Wil jij meer weten over de opleiding Master Passend Meesterschap? Kijk dan op de website van de MPM of haak aan bij de volgende online voorlichting. Tijdens een voorlichting vertellen we je meer over de opleiding en kun je al je vragen stellen.